Distonant
Wie de toon bepaalt duivelt
met slaghamers sleutelloze klappen
dreunend de gehoorgang
langs zoute schilfers en gebladerde huid
buigt en fronst medelijdend hard
drinkt de traan uit geknepen oog
reikt de hand de stilte mond
gedifferentieerd gelaat verdoemd
verkracht gehemelte raakt gezwollen tong
teert de wang in riekend bloed
geluid geweld slagaderlijk trilt
dodelijk fenomenaal haar distonant
met slaghamers sleutelloze klappen
dreunend de gehoorgang
langs zoute schilfers en gebladerde huid
buigt en fronst medelijdend hard
drinkt de traan uit geknepen oog
reikt de hand de stilte mond
gedifferentieerd gelaat verdoemd
verkracht gehemelte raakt gezwollen tong
teert de wang in riekend bloed
geluid geweld slagaderlijk trilt
dodelijk fenomenaal haar distonant
Nacht
Bedwelm mij maar, jij schaarse licht
gesteld vertrouwen naakt als dans
intiem gebed vingers gespreid
nacht baart hemel open al
zo sterren draaien ik als as
vreemde reflectie in steen en oog
Bedwelm mij maar, jij schaarse licht
verhang mijn durf daag mij maar uit
ik vaar wel de dagen zonder
loop niet vooruit in kringen rond
nacht is staan waarachtig kalm
luisterend niets verlies mijn waan
is dit zelf tot waar ik kom?
Bedwelm mij maar, jij schaarse licht
stemmen weg verdwenen woord
alles volkomen ieder volmaakt
verleden liegt zijn symboliek
nacht bedrijft zijn liefde
ontvankelijk ik en alles bestaan
gesteld vertrouwen naakt als dans
intiem gebed vingers gespreid
nacht baart hemel open al
zo sterren draaien ik als as
vreemde reflectie in steen en oog
Bedwelm mij maar, jij schaarse licht
verhang mijn durf daag mij maar uit
ik vaar wel de dagen zonder
loop niet vooruit in kringen rond
nacht is staan waarachtig kalm
luisterend niets verlies mijn waan
is dit zelf tot waar ik kom?
Bedwelm mij maar, jij schaarse licht
stemmen weg verdwenen woord
alles volkomen ieder volmaakt
verleden liegt zijn symboliek
nacht bedrijft zijn liefde
ontvankelijk ik en alles bestaan
Wilsverslag
De stad die zo trommelt
verbreekt mijn paniek
baart zichzelf vraagt niets
als ik wacht op de zinnen
halfslachtig pervers wrijf ik
langs memoires vol zoete hoeren
en manke spuiters kwijlend duidend
op hun verloren jongensbloed
mijn geslacht geslagen
in tumulten donders van spijt
over te jonge trouw
en avonden vol gelul
over stijl en de liefde
en de godvergeten Tiran
die niet luisteren wilde
toen de vurige haat mijn
tong spleet en monddood
mijn tranen spraken
over onmacht
en verslagen wil
verbreekt mijn paniek
baart zichzelf vraagt niets
als ik wacht op de zinnen
halfslachtig pervers wrijf ik
langs memoires vol zoete hoeren
en manke spuiters kwijlend duidend
op hun verloren jongensbloed
mijn geslacht geslagen
in tumulten donders van spijt
over te jonge trouw
en avonden vol gelul
over stijl en de liefde
en de godvergeten Tiran
die niet luisteren wilde
toen de vurige haat mijn
tong spleet en monddood
mijn tranen spraken
over onmacht
en verslagen wil