Luchtwandelaars
Zij schijnen de wereld in onsterfelijke waan
raken niets door goden voltooid als zij zich
bewegen van hier naar nu en zo met open
handen de donderende luchten vullen waar
stom en gelaten ons spel wordt aanschouwd
Zij veinzen de mens met haar doel en fictie
langs duistere wil en ontmaskerd verlangen
badend in bloed dat lucht is waar de geest
ongebonden stilt en geheimen ontvouwt en
de nieuwe dag komt als schepper van inzicht
Zij vrijen met woorden zonder geschrift
laten moeiteloos gedachten bevliegen en
verliezen niets dat is als alles dat wij kennen
boven de eindeloos lege weg waar wij verblijven
en onze namen horen: maar niemand zien staan
raken niets door goden voltooid als zij zich
bewegen van hier naar nu en zo met open
handen de donderende luchten vullen waar
stom en gelaten ons spel wordt aanschouwd
Zij veinzen de mens met haar doel en fictie
langs duistere wil en ontmaskerd verlangen
badend in bloed dat lucht is waar de geest
ongebonden stilt en geheimen ontvouwt en
de nieuwe dag komt als schepper van inzicht
Zij vrijen met woorden zonder geschrift
laten moeiteloos gedachten bevliegen en
verliezen niets dat is als alles dat wij kennen
boven de eindeloos lege weg waar wij verblijven
en onze namen horen: maar niemand zien staan
Over de steen en jou
Alles wat ik zeg over de steen en jou is
niet steen en niet jij
de wolk mag dan groeten
hij spreekt niet maar danst
zichzelf door druppels samengevat
orde is wereld zo dwingt de geest
angstig het oog naar binnen
jij denkt: onmogelijk
de wolk te groeten
te dansen met de druppels
ik leg de steen op jouw graf
vraag een vraag die
twijfel zaait of voel
de kleine druppel als een
zachte arm om mij heen
het woord is niet de berg die braakt
ook al zegt het berg
het is niet jij die nu nog
spreekt maar de wolken
in mij die woorden druppelen
niet steen en niet jij
de wolk mag dan groeten
hij spreekt niet maar danst
zichzelf door druppels samengevat
orde is wereld zo dwingt de geest
angstig het oog naar binnen
jij denkt: onmogelijk
de wolk te groeten
te dansen met de druppels
ik leg de steen op jouw graf
vraag een vraag die
twijfel zaait of voel
de kleine druppel als een
zachte arm om mij heen
het woord is niet de berg die braakt
ook al zegt het berg
het is niet jij die nu nog
spreekt maar de wolken
in mij die woorden druppelen
Zonnegoden
Ik droom in de stad die geen goud is maar werkelijk zoals alles
ik kijk naar muren van reuzen uit stille films waar de acteur aan
de wijzers van de klok hangt en bijna valt: wij huiveren en lachen
(haar langzame tranen moeten wachten voor een ander moment)
ik ontmoet een Ierse jongen die hier werkt met een groene kaart
buildings in holland is het boek dat hij mij thuis laat zien met
prenten van molens en boeren in strijd met het dreigende water
de trage harde huil van de sirene onderbreekt ons maar even
ik vertel hem over Breukelen, Haarlem en de Amsterdamse weg
en vrolijk keren we terug naar het eenvoudige restaurant waar
hij mij cola schenkt en ik kijk naar het naastgelegen plein en de
zwervers en studenten die de tijd verdrinken als zonnegoden
ik kijk naar muren van reuzen uit stille films waar de acteur aan
de wijzers van de klok hangt en bijna valt: wij huiveren en lachen
(haar langzame tranen moeten wachten voor een ander moment)
ik ontmoet een Ierse jongen die hier werkt met een groene kaart
buildings in holland is het boek dat hij mij thuis laat zien met
prenten van molens en boeren in strijd met het dreigende water
de trage harde huil van de sirene onderbreekt ons maar even
ik vertel hem over Breukelen, Haarlem en de Amsterdamse weg
en vrolijk keren we terug naar het eenvoudige restaurant waar
hij mij cola schenkt en ik kijk naar het naastgelegen plein en de
zwervers en studenten die de tijd verdrinken als zonnegoden